Speler A slaat op Hole 1 zijn bal met een grote boog naar links in de hindernis. Na enig zoeken, uiteraard binnen de 3 minuten, vindt hij zijn bal die een lekker stukje blijkt te zijn doorgerold. Hij pakt zijn bal op en dropt hem keurig binnen twee stoklengtes van de rand van de hindernis.
Speler B stelt dat dit niet correct is omdat hij de bal moet droppen op de plaats waar die de grens van de hindernis is gepasseerd. Wat is juist?
Voor het juiste antwoord scroll naar beneden.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
.
Speler B heeft gelijk want de bal moet binnen twee stoklengtes gedropt worden vanaf de plaats de bal de de grens van de hindernis is gepasseerd. Als speler A de bal speelt vanaf de plek die hij denkt dat goed is krijgt hij 2 strafslagen voor het spelen vanaf de verkeerde plaats, bij Matchplay betekent dit verlies van de hole.
Vriendelijke groet de regelcommissie